Terug naar de lijst
Verlichting buitenkant: vervangen van lampen
Verlichting buitenkant: vervangen van lampen
Koplampen: vervangen van een lamp
Dimlichten
Maak het afdekplaatje A los.
Verplaats de lamphouder 3 om deze los te klikken en de lamp terug te plaatsen.
Lamptype:H7.
Laat na het vervangen van de lamp de lichten door een vakman afstellen.
WAARSCHUWING
De lampen staan onder druk en kunnen openbarsten bij het vervangen.
Risico van verwonding.
Grootlicht:
Maak het afdekplaatje B los.
Verplaats de lamphouder 1 om deze los te klikken en de lamp terug te plaatsen.
Lamptype:H7.
Raak het lampglas niet aan. Houd de lamp vast aan de metalen voet.
Gebruik uitsluitend anti-U.V.55W lampen om de plastic ruit van de koplampen niet te beschadigen. Noteer vóór de demontage
de juiste stand van de lamp, om het weer correct te kunnen monteren.
Plaats de kap goed terug na het verwisselen van de lamp.
Richtingaanwijzers
Draai de lamphouder 2 een kwart slag om bij de lamp te komen.
Lamptype:PY21W.
Raad
Zorg dat u altijd een doos met reservelampen en -zekeringen in de auto heeft, deze
is verkrijgbaar bij een merkdealer.
WAARSCHUWING
Let op bij werkzaamheden dicht bij de motor, deze kan nog warm zijn. Bovendien kan
de ventilateurmotor onverwacht gaan draaien. Het waarschuwingslampje in de motorruimte herinnert u hieraan.
Risico van verwonding.
LED-markeringslicht voor, rijverlichting 4
Ga naar een merkdealer.
WAARSCHUWING
Voordat u iets doet onder de motorkap, moet u het contact afzetten STARTEN, STOPPEN VAN DE MOTOR
WAARSCHUWING
Alle werkzaamheden (of wijzigingen) aan de elektrische installatie moeten worden uitgevoerd
door een merkdealer, aangezien de elektrische installatie (bedrading, onderdelen en
vooral de dynamo) kan worden beschadigd door een verkeerde aansluiting. Bovendien
beschikt uw merkdealer over de benodigde onderdelen.
Mistlichten: lampen vervangen
Mistlichten voor 1
- Open de lamphouder door de klep 2 los te klikken;
- draai de lamphouder een kwartslag;
- haal de lamp eruit.
Lamptype:H16.
Bij het monteren
Ga bij het monteren te werk in omgekeerde volgorde en let op dat de bedrading niet
wordt beschadigd.
Controleer na het terugplaatsen van de lamp of deze goed is vergrendeld.
Wij adviseren echter om deze lampen te laten vervangen bij een merkdealer.
Achterlichten en markeringslichten: lampen vervangen
Richtingaanwijzers, rem- en markeringslichten
Draai de bouten 1 los om de lamp te verwijderen.
Maak van buitenaf de lichten vrij door ze naar achteren te trekken.
Verwijder de lamphouder 3 door de klemmen los te draaien 2.
Bij het monteren
Ga bij het monteren te werk in omgekeerde volgorde en zorg dat u de bedrading niet
beschadigt en de klemmen 2 van de lamphouder 3 vastzet.
- 4
- Remlichten
Gloeilamptype 4: P21W.
- 5
- Richtingaanwijzer
Gloeilamptype 5: PY21W.
- 6
- Achteruitrijlicht
Lamptype 6: P21W.
- 7
- Mistlicht
Gloeilamptype 7: P21W.
LED-zijlichten 8
Ga naar een merkdealer.
Derde remlicht
Verwijder de moer 9 en maak het remlicht vrij van zijn houder.
Gloeilamptype 10: P21W.
Bij het monteren
Ga bij het monteren te werk in omgekeerde volgorde en let op dat de bedrading niet
wordt beschadigd.
Kentekenverlichting
Draai de bout 11 los.
Maak het kapje van het lamphuis 12 los zodat u bij het lampje kunt komen.
Lamptype: W5W.
Zijknipperlichten 13
Maak het zijknipperlicht 13 los (met een kleine schroevendraaier of vergelijkbaar gereedschap).
Draai de lamphouder 14 een kwart slag om bij de lamp te komen.
Lamptype:W5W.