Slepen: pechhulp
Slepen: pechhulp
Plaats vóór u gaat slepen de versnellingsbak altijd in de stand Neutraal (stand N bij auto's uitgerust met een automatische transmissie), ontgrendel de stuurkolom
en zet vervolgens de parkeerrem los.
Stuurkolomontgrendeling
Houd met de kaart op u de startknop ingedrukt gedurende circa twee seconden).
Zet de hendel terug in neutraal (stand N voor een auto met automatische transmissie)
De stuurkolom ontgrendelt, de accessoires ontvangen voeding; u kunt de verlichting
gebruiken (remlichten, richtingaanwijzers, enzovoort). In het donker moet de auto
verlicht zijn.
Druk, afhankelijk van de auto, na het slepen twee keer kort op de startknop van de
motor (risico van het ontladen van de accu).
Houd u altijd aan de wettelijke bepalingen inzake het slepen. Als u de sleepauto bestuurt,
let dan op het toegestane sleepgewicht voor uw auto. MASSA’S (IN KG).
WAARSCHUWING
Wanneer het contact is uitgeschakeld, werken de stuur- en remhulpfuncties niet meer.
WAARSCHUWING
Laat de kaart in de auto tijdens het slepen.
Risico van blokkeren van de stuurkolom.
Een auto slepen
Vervoer de auto op een plateau of sleep hem met beide voorwielen van de grond.
In uitzonderlijke omstandigheden kunt u de auto verslepen met de vier wielen op de grond, uitsluitend vooruit rijdend
met de versnellingshendel in neutrale stand N, over een afstand van maximaal 80 km en met een maximale snelheid van 25 km/u.
WAARSCHUWING
Laat de kaart in de auto tijdens het slepen.
Risico van blokkeren van de stuurkolom.
Automatische versnellingsbak met handbediende versnellingshendel
Als bij het wegrijden de hendel is vergrendeld in stand P kan zelfs als u het rempedaal indrukt, de hendel handmatig worden vrijgezet om de
wielen die draaien te ontgrendelen.
Om dit te doen, maakt u de onderkant van de stofhoes los en drukt u op de knop 2 en tegelijkertijd op de knop 1 op de hendel om deze te ontgrendelen.
Raadpleeg snel een merkdealer.
Automatische versnellingsbak met elektronische hendel (E-shifter)
Aangezien stand Pautomatisch wordt ingeschakeld wanneer het contact wordt uitgeschakeld, moet u in sommige gevallen (bijv. in sommige
wasstraten) de stand N inschakelen.
Zet met stand P ingeschakeld en het contact aan (bericht READY op het instrumentenpaneel), de selectiehendel 3 een klik vooruit of achteruit. Wacht ongeveer een minuut en schakel dan het contact
uit door op de startknop te drukken.
De volgende keer dat het contact wordt ingeschakeld, wordt de automatische inschakeling
van stand P opnieuw geactiveerd, zodat deze stand in de vermelde situaties wordt ingeschakeld.
Toegang tot de sleeppunten
Gebruik uitsluitend de sleeppunten voor 3 en achter7 (en nooit de aandrijfassen of enig ander deel van de auto). Deze sleeppunten mogen
alleen voor slepen worden gebruikt. Ze mogen nooit worden gebruikt om de auto direct
of indirect op te tillen.
WAARSCHUWING
Bij stilstaande motor werken de stuuren rembekrachtiging niet meer.
Sleeppunt voor
Druk op zone A en trek aan zone B. Gebruik een schroevendraaier of iets dergelijks om de klep 4 te openen.
Sleeppunt achter
Druk op zone C en trek aan zone D. Gebruik een schroevendraaier of iets dergelijks om de klep 6 te openen.
WAARSCHUWING
Laat nooit gereedschap in de auto rondslingeren. Dit is gevaarlijk als u plotseling
moet remmen.
Zet de sleephaak 5 helemaal vast: eerst zo ver mogelijk met de hand en vervolgens met de wielsleutel of een soortgelijk
gereedschap tot hij vergrendelt.
Gebruik uitsluitend de trekhaak 5 die is opgeborgen bij het gereedschap. DE GEREEDSCHAPPEN
WAARSCHUWING
Zorg ervoor dat het sleepoog correct met bouten is bevestigd.
Risico om het gesleepte object te verliezen.
WAARSCHUWING
- Gebruik een starre sleepstang. Indien u een touw of kabel gebruikt bij het slepen (als dit wettelijk toegestaan is), moet de auto die gesleept wordt nog kunnen remmen.
- De auto die gesleept wordt, moet te allen tijde bestuurbaar zijn.
- Accelereer en rem gelijkmatig en zonder schokken om te voorkomen dat de auto beschadigt.
- Rijd in elk geval niet harder dan 25 km/u.