RUITENWISSER, SPROEIER
n Ruitenwisser
Contact aan, verplaats de schakelaar 1:
A uit
B wissen met intervallen
De ruitenwisserbladen vegen met tussenpozen van enkele seconden.
C langzaam continu wissen
D snel continu wissen
Ruitensproeier
Contact aan: trek de schakelaar 1 naar u toe.
Controleer als het sneeuwt of vriest, voordat u wegrijdt of het ruitenwisserblad niet aan het glas is vastgevroren.
Controleer regelmatig de wisserbladen. Vervang deze zodra ze de ruit niet goed schoonvegen: ongeveer elk jaar.
De werking van een ruitenwisserblad
Let op de staat van de ruitenwisserbladen. Hun levensduur hangt van u af:
- houd de bladen schoon: reinig de bladen en de ruit regelmatig met water en zeep;
- gebruik ze niet op een droge ruit;
- maak ze los van de ruit als ze lange tijd niet zijn gebruikt.
Vervang ruitenwisserbladen zodra de werking vermindert: ongeveer 1x per jaar (zie “Ruitenwisserbladen” in hoofdstuk 5).
Voorzorgen bij het gebruik van de wissers
- Maak, als het vriest of sneeuwt, de achterruit schoon voordat u de ruitenwisser aanzet (de motor kan oververhitten).
- zorg dat niets de beweging van de wisser hindert.
Voordat u iets aan de voorruit doet (wassen van de auto, ontdooien, reinigen van de voorruit, enz.) moet u de schakelaar 1 in stand A (uit) zetten.
Risico van verwonding en/of beschadigingen.
Controleer bij werkzaamheden of de schakelaar van de ruitenwisser in stand A (uit) staat.
Verwondingsgevaar.