TELEFONISCHE OPROEP
Menu “Telefoon” | |
Een nummer bellen Via het menu “Telefoon” of de snelkoppeling 1 kunt u een nummer bellen door het volgende te selecteren: - een contact in het telefoonboek; - een nummer in de oproepgeschiedenis; - het toetsenbord om het nummer in te toetsen. Opmerking: druk op de startpagina op de widget "Favorieten" toegang contactpersonen die u eerder hebt gemarkeerd favorieten toe te voegen. Ga voor meer informatie naar het hoofdstuk “Widgets toevoegen en beheren”. |
Een oproep ontvangen
Bij een inkomend gesprek wordt het ontvangstscherm weergegeven met de volgende informatie:
- de naam van de contactpersoon (als zijn nummer aanwezig is in het telefoonboek of in de lijst met favoriete nummers);
- het nummer van de beller (als het nummer niet in uw telefoonboek staat);
- “Nummer verbergen” (als het nummer niet zichtbaar is).
"Accepteren"
Om op te nemen wanneer iemand u belt, drukt u op “Accepteren”.
Druk op “Einde oproep” om de oproep te beëindigen.
Een oproep “Afwijzen”
Druk om een binnenkomende oproep te weigeren op de toets “Afwijzen”; de persoon die u belt wordt dan doorverbonden met de voicemail.
De oproep “In de wacht zetten”
Druk op de toets “In de wacht zetten” of op de toets van het submenu, en daarna op “In de wacht zetten” zodat het multimediasysteem inkomende oproepen opmerkt en deze automatisch in de wacht zet. Een spraaksynthesizer informeert de beller dat hun gesprek in de wacht staat.
Oproep doorschakelen
Druk op "Doorverbinden naar telefoon" of op de toets van het submenu en vervolgens op "Doorverbinden naar telefoon" om de oproep door te schakelen naar uw telefoon.
Het is mogelijk om te regelen met behulp van het stuur te gebruiken.
U kunt oproep beantwoorden/beëindigen door te drukken op de bediening 2 onder het stuur.
Om veiligheidsredenen mogen deze acties enkel worden uitgevoerd als de auto stilstaat.
Tijdens het gesprek
Tijdens een gesprek kunt u:
- Regel het volume door te drukken op de bedieningstoetsen onder het stuurwiel of op 5 en daarna op “Geluidsinstellingen”.
- Beëindig een gesprek door te drukken op “Einde oproep” of op toets 2 onder het stuurwiel.
- Druk op de toets 7 of op 5 en daarna op “In de wacht zetten” om een oproep in wacht te zetten. Druk op de toets 7 of druk op 5 en daarna op “Oproep ophalen” om een oproep in wacht aan te nemen.
- Druk op de toets 8 of op 5 en daarna op “Doorverbinden naar telefoon” om de oproep door te schakelen naar de aangesloten telefoon.
- Neem een tweede oproep aan door te drukken op de melding van de nieuwe inkomende oproep onderaan op het scherm.
- Geef het numeriek toetsenbord weer door te drukken op de knop 4.
Opmerking: sommige telefoons kunnen de verbinding met het multimediasysteem verbreken bij het doorschakelen van gesprekken.
Tijdens het gesprek kunt u teruggaan naar de andere functies van het multimediasysteem (navigatie, enz.) door op de toets 3 of 6 te drukken.