RUITENWISSERBLADEN

Vervangen van de ruitenwisserbladen voor 1
Contact aan, motor afgezet:
- duw bij auto’s met de functie automatisch wissen de schakelaar van de ruitenwisser helemaal naar beneden: zij stoppen in een stand waarbij de motorkap vrij is;
- til de ruitenwisserarm 2 op;
- druk stevig op de knop 3 en verwijder daarna het blad 1.
Bij het monteren
Om het ruitenwisserblad 1 terug te plaatsten, klemt u deze in de houder in de arm 2 tot u een klik hoort. Controleer of het blad goed is vergrendeld.
Bij auto’s met de functie voor automatisch wissen, zet u de ruitenwisserschakelaar omhoog: de ruitenwisserbladen worden opgeborgen in de motorkap.
Let op de staat van de ruitenwisserbladen. Hun levensduur hangt van u af:
- reinig de bladen, de voorruit en de achterruit regelmatig met water met zeep;
- gebruik ze niet als de voorruit of achterruit droog zijn;
- maak ze los van de voorruit of achterruit als ze lang niet gebruikt zijn.
- Controleer als het vriest, voordat u wegrijdt, of de ruitenwisserbladen niet aan de ruit zijn vastgevroren. De wissermotor kan hierdoor te warm worden.
- Controleer regelmatig de wisserbladen.
Zodra hun werking afneemt, moet u ze vervangen, ongeveer elk jaar.
Bij het vervangen van het blad, let bij het verwijderen van het blad op, dat u hem niet op de ruit laat vallen: u zou de ruit kunnen breken.

Ruitenwisserblad achter 5
- Contact uit, trek de ruitenwisserarm 6 omhoog;
- maak het blad 5 vrij door eraan te trekken.
Bij het monteren
Monteer het ruitenwisserblad in omgekeerde volgorde van losmaken. Controleer of het blad goed is vergrendeld.
Voordat u het blad van de achterste ruitenwisser vervangt, moet u nagaan of de schakelaar in ruststand staat (uitgeschakeld is).
Verwondingsgevaar.