Terug naar de lijst

Detectie van verkeersborden

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5

Detectie van verkeersborden

Het systeem geeft op het instrumentenpaneel weer wat de maximumsnelheid is aan de hand van verkeersborden die langs de kant van de weg zijn gedetecteerd.
Deze functie maakt hoofdzakelijk gebruik van de informatie van de camera 1 op de voorruit, achter de achteruitkijkspiegel. Afhankelijk van het land gebruikt het systeem ook informatie van een kaartabonnement om bepaalde borden (bebouwde kom, enz.) te interpreteren.
Het bord dat op het instrumentenpaneel wordt weergegeven, verandert wanneer het systeem een ander verkeersbord detecteert.
Wanneer de snelheidsbegrenzer, de snelheidsregelaar of de adaptieve snelheidsregelaar is geactiveerd, kunt u het instelpunt van de begrensde snelheid aanpassen aan de snelheidslimiet die door het systeem op het instrumentenpaneel wordt weergegeven (SNELHEIDSBEGRENZER, SNELHEIDSREGELAAR en ADAPTIEVE SNELHEIDSREGELAAR).
Als de gedetecteerde maximumsnelheid wordt overschreden, wordt de weergave van de verkeersborden aangepast om u te informeren.

Plaats van de camera 1

Zorg ervoor dat de voorruit niet is bedekt (door vuil, modder, condens enz.).

Bijzonderheden

Voor auto's met een kaartabonnement:
  • als de auto in een land rijdt met andere snelheidseenheden dan die van de auto, wordt het snelheidsbord weergegeven in de eenheid van het desbetreffende land, samen met de omgerekende maximumsnelheid in de eenheid van het instrumentenpaneel van de auto.
  • voor landen waar de maximumsnelheid op bepaalde soorten wegen wordt verlaagd bij regenweer, kan het systeem de gedetecteerde maximumsnelheid wijzigen enkele seconden nadat de ruitenwissers van de voorruit zijn ingeschakeld.
Voor auto's zonder een kaartabonnement: wanneer u rijdt in een land waar de snelheidseenheden verschillen van die van uw auto, kunt u handmatig de bijbehorende snelheidseenheid op het instrumentenpaneel selecteren (bijv. kilometers veranderen in mijlen) om de passende informatie te verkrijgen DISPLAYS EN METERS.
Het systeem houdt geen rekening met uitzonderlijke snelheidsbeperkingen, bijvoorbeeld op dagen waarop de luchtverontreiniging piekt.

Werkzaamheden

Controlelampjes
De functie geeft de volgende waarschuwingslampjes weer:
2.
Verkeersborden met de maximumsnelheid en extra verkeersborden met de maximumsnelheid (snelheid op afrit met pijl, snelheid met een caravan, snelheidslimiet met aangegeven duur, enz.)
3.
Extra verkeersborden (begin inhaalverbod).
Als de maximumsnelheid wordt overschreden, knippert er gedurende enkele seconden een rode ring rond het paneel (waarschuwingslampje 3) en is een geluidssignaal te horen om de bestuurder te waarschuwen.
Het lampje blijft zichtbaar op het instrumentenpaneel zolang het voertuig de maximumsnelheid overschrijdt.
Raad
Kaartabonnement
Detectie van verkeersborden is gekoppeld aan een kaartabonnement.
Raadpleeg de instructies bij het multimediasysteem om het abonnement te beheren.
Als er geen abonnement is, is het systeem beperkt tot het melden van de verkeersborden die de maximumsnelheid aangeven wanneer deze door de camera worden gedetecteerd.
Het systeem houdt geen rekening meer met informatie over de kaarten. De beschikbaarheid van de maximumsnelheid kan worden beïnvloed.

Inschakelen/uitschakelen

WAARSCHUWING
Voer deze aanpassingen uitsluitend uit als de auto stilstaat.
Raad
Afhankelijk van de auto en afhankelijk van de tijdsduur na de laatste keer dat de motor is gestopt, worden de geluidswaarschuwingen opnieuw geactiveerd:
  • bij het ontgrendelen van de auto
of
  • bij het openen van een portier;
of
  • bij het opnieuw starten van de motor.

De geluidswaarschuwing voor te hoge snelheid activeren en deactiveren met de knop "Mijn veiligheid" 4

De geluidswaarschuwing kan worden geactiveerd of gedeactiveerd vanuit de modus "Aangepast" van de functie "Mijn veiligheid" MIJN VEILIGHEID.
Als de geluidswaarschuwing eerder is gedeactiveerd met behulp van de modus "Aangepast":
  • om de geluidswaarschuwing uit te schakelen, drukt u twee keer op de knop 4. Het controlelampje van de toets 4 dooft.
  • om de geluidswaarschuwing opnieuw in te schakelen, drukt u één keer op de knop 4. Het controlelampje in de knop 4 licht op.

De geluidswaarschuwing voor te hoge snelheid activeren en deactiveren vanaf het multimediascherm 5

Zie de multimedia-instructies voor het in-/uitschakelen van de geluidswaarschuwing.
Selecteer ON of OFF.

Verschil in maximumsnelheid of kruissnelheid

Druk op de schakelaar 6 om de snelheidsbegrenzer, snelheidsregelaar of adaptieve snelheidsregelaar in te stellen op de waargenomen snelheidslimiet.

Tijdelijk niet beschikbaar

Als het systeem niet beschikbaar is om redenen die verband houden met de camera- of kaartgegevens, wordt het symbool weergegeven op het instrumentenpaneel. Als het probleem aanhoudt, moet u een erkende dealer raadplegen.
Het systeem kan de snelheidsbeperking niet detecteren:
  • de voorruit niet schoon is;
  • de camera verblind wordt door de zon;
  • bij onvoldoende zicht (nacht, mist, enz.);
  • als de verkeersborden onleesbaar (door sneeuw, enz.) of verborgen zijn (achter een andere auto of bomen);
  • als de informatie van de kaart niet actueel is.
Opmerking: als de camera aan de voorkant is afgedekt, verschijnt de melding "Camera voor geen zicht" op het instrumentenpaneel. Reinig de voorruit voor de camera.

Storingen

Als het systeem een storing signaleert, wordt weergegeven op het instrumentenpaneel.
In sommige gevallen verschijnt ook het volgende bericht:
  • « Rijhulpsystemen niet beschikbaar » ;
of
  • « Controleer camera voor » ;
of
  • « Rijhulpsystemen controleren ». Ga naar een merkdealer.
WAARSCHUWING
Deze functie is een extra hulp tijdens het rijden. Deze functie kan in geen geval de waakzaamheid en verantwoordelijkheid van de bestuurder vervangen; deze moet altijd de controle over zijn auto behouden.
De bestuurder moet altijd de snelheid aanpassen aan het verkeersreglement en aan de verkeersomstandigheden, ongeacht de aanwijzingen van het systeem.
Het systeem detecteert mogelijk niet alle snelheidsborden of interpreteert ze mogelijk verkeerd.
De bestuurder mag deze borden die niet door het systeem worden gedetecteerd, niet negeren en moet zich altijd aan de verkeersborden en het verkeersreglement houden.
Bij slecht zicht (mist, sneeuw, vorst, enz.) geeft het systeem wellicht niet de juiste maximumsnelheid aan

snelheidswaarschuwing met verkeersbordherkenning